ATEX, de risicoanalyse ter voorkoming van explosies

Na omzetting van een Europese richtlijn zorgde de overheid via een KB (Koninklijk besluit 26 maart 2003 betreffende het welzijn van de werknemers die door explosieve atmosferen gevaar kunnen lopen.) voor een aantal minimumvoorschriften ter verbetering van de gezondheidsbescherming en van de veiligheid van werknemers die door explosieve atmosferen gevaar kunnen lopen.

 

Het desbetreffende KB 26 maart 2003 is ondertussen opgeheven en vervangen door het KB 28 april 2017, Koninklijk besluit tot vaststelling van boek III Arbeidsplaatsen van de codex over het welzijn op het werk. In de Titel 4. – Ruimten met risico’s voor een explosieve atmosfeer werden de voorschriften van het oude KB overgenomen (zie BS 2/6/2017, pagina 61256: link)

 

Een explosieve atmosfeer is een mengsel van lucht en brandbare stoffen in de vorm van gassen, dampen, nevels of stof, onder atmosferische omstandigheden, waarin de verbranding zich na ontsteking uitbreidt tot het gehele niet verbrande mengsel. We kunnen dus denken aan gas- of dampexplosies, maar evenzogoed aan stofexplosies.

 

De voorschriften zijn van toepassing op alle werkgevers en alle werknemers en op alle daarmee gelijkgestelde personen (zie ook de Welzijnswet van 4 augustus 1996) die activiteiten uitvoeren in ruimten waar deze personen een risico kunnen lopen door explosieve atmosferen. Buiten het toepassingsgebied van deze wetgeving vallen …

 

  • ruimten die direct gebruikt worden voor en gedurende de medische behandeling van patiënten;
  • gastoestellen waarop de voorschriften van het koninklijk besluit van 3 juli 1992 betreffende de veiligheid van gastoestellen van toepassing zijn, in die zin dat deze gastoestellen zelf niet beschouwd worden als emissiebronnen die een explosieve atmosfeer kunnen veroorzaken;
  • vervaardiging, bewerking, gebruik, opslag en transport van springstoffen of chemisch instabiele stoffen;
  • de winningsindustrieën
  • vervoermiddelen (met uitzondering van vervoermiddelen bestemd voor gebruik in een potentieel explosieve atmosfeer)

Met andere woorden volgende veel voorkomende installaties zijn wel betrokken: spuitinstallaties, opslag van licht ontvlambare producten, opslag van gasflessen met brandbare en explosieve gassen, zones waar batterijen worden opgeladen, centrale stofafzuigingen (o.a. houtstofafzuiging in een schrijnwerkerij), silo’s met stof (houtstof, granen, …), …

 

De werkgever dient voor alle installaties, gebruikte stoffen en processen een risicoanalyse uit te voeren naar de waarschijnlijkheid van de aanwezigheid en het voortduren van explosieve atmosferen, naar de waarschijnlijkheid van de aanwezigheid van ontstekingsbronnen (ook elektrostatische ontladingen), naar de omvang van de te verwachten gevolgen.
Vervolgens neemt de werkgever de voldoende maatregelen om, in volgorde, het ontstaan van explosieve atmosferen te verhinderen, het ontsteken van explosieve atmosferen te verhinderen en de gevolgen van explosies te beperken.

 

Technologieën, installaties, machines, processen, … wijzigen in de tijd, de risicoanalyse zal dus ook hernieuwd moeten worden.

 

Aan deze voorschriften zijn ook een aantal administratieve verplichtingen verbonden zoals het ter schrift stellen van de risicoanalyse en het opstellen van explosieveiligheidsdocumenten (EVD) voor die ruimtes waar effectief een verhoogd risico is.

 

Voor de risicoanalyse, het opstellen van de EVD’s, het bepalen van de noodzakelijke maatregelen en het uitvoeren ervan mag de werkgever beroep doen op gespecialiseerde bedrijven.

 

De werkgever mag ook niet vergeten de maatregelen van het EVD door te geven aan de eventuele externen die werken komen uitvoeren in de betrokken ruimtes of in de buurt ervan.

 

Indeling van de ruimten

 

Gevaarlijke ruimten worden op grond van de frequentie en duur van het optreden van een explosieve atmosfeer ingedeeld volgens de bijlage III.4-1 (KB 28/4/2017, zie BS 2/6/2017, pagina 61320: link): Indeling van ruimten waar een explosieve atmosfeer aanwezig kan zijn.

 

                           Ruimte waar een explosieve atmosfeer aanwezig is
bestaande uit een mengsel van brandbare stoffen in de vorm van gas, damp of nevel met lucht

bestaande uit een wolk brandbaar stof in lucht

Zone 0 Voortdurend, gedurende lange perioden of herhaaldelijk. Zone 20 Voortdurend, gedurende lange perioden of herhaaldelijk.
 Zone 1 Onder normaal bedrijf waarschijnlijk af en toe aanwezig kan zijn. Zone 21 In normaal bedrijf af en toe aanwezig kan zijn
Zone 2 Onder normaal bedrijf niet waarschijnlijk. Wanneer dit toch gebeurt, is het een verschijnsel van korte duur. Zone 22 Bij normaal bedrijf niet waarschijnlijk. Wanneer dit toch gebeurt, is het een verschijnsel van korte duur.



 

De minimumvoorschriften te nemen in de risicovolle ruimten vindt men in de bijlage III.4-2 (KB 28/4/2017, zie BS 2/6/2017, pagina 61322: link).