Veilig de weg op in de winter

De winter is een ruw seizoen dat het verkeer belemmert en gevaarlijk kan maken. Of het nu sneeuwt of regent, koud is of mistig, in winterse omstandigheden moet je als weggebruikers dubbel voorzichtig zijn.

AUTOMOBILISTEN

De juiste uitrusting en vrijgemaakte ruiten

 

Begin met het klaarmaken van je voertuig voor de winter. Een goede ijskrabber, schone poetslappen en vorstbestendige ruitensproeiervloeistof zijn een goed begin. Dit alles om te kunnen rijden met een goed zicht (voorruit en zijruiten, maar ook koplampen en spiegels), want zien en gezien worden redt levens! Om ’s ochtends aan die vervelende klus te ontsnappen, kan je de voorruit ’s avonds afdekken met een deken.

 

Winterbanden, ook al zijn die in België niet verplicht, verhogen de veiligheid in de winterperiode aanzienlijk. Hun silicarijke rubber geeft meer grip op een koude ondergrond dan een zomerband. Door hun structuur kunnen ze ook beter grip krijgen op sneeuw en meer regenwater afvoeren en zo aquaplaning voorkomen.

 

Correct gebruik van de lichten

 

Goed werkende en propere lichten helpen om beter te zien. Controleer ze dus regelmatig om zeker te zijn dat ze in orde zijn. Defecte lampen vervang je onmiddellijk. Je garagist doet dit over het algemeen ook zonder afspraak.

 

Bij druilerig weer of bij een laaghangende zon ontsteek je best je dimlichten, dan word je zelf veel beter gezien. Het gebruik van groot- of dimlicht is 's nachts en bij een zichtbaarheid onder de 200 meter verplicht. Let er bij het gebruik van het grootlicht op dat je andere chauffeurs niet verblindt!

 

Voor mistlichten zijn de regels iets ingewikkelder. Achtermistlichten moeten branden bij mist of sneeuwval die het zicht beperkt tot minder dan ongeveer 100 m en in geval van hevige regen. Buiten deze omstandigheden moeten ze worden uitgeschakeld. De voormistlichten mogen alleen worden gebruikt bij mist, sneeuw of zware regenval, er is geen sprake van een bepaalde zichtafstand. Je moet zelf voortdurend evalueren wanneer je de mistlampen aan en uit moet doen.

 

Je rijstijl aanpassen aan de weg en de weersomstandigheden

 

 

In geval van vorst, sneeuw of ijzel kan je best rijden alsof er een glas water op het dashboard zou staan. Concreet moet je dus je snelheid matigen en plots gas geven of remmen en abrupte stuurbewegingen vermijden, de veiligheidsafstand vergroten, op risico's anticiperen en ver vooruitkijken om te kunnen anticiperen.

 

Ontdek ook ons advies voor veilig rijden op besneeuwde en beijzelde wegen: https://www.ethias.be/pro/nl/blog/veilig-rijden-op-besneeuwde.html

 

Vergeet echter niet dat de veiligste reis over gladde wegen... diegene is die je niet maakt!

VOOR MOTORRIJDERS

Gezien worden door automobilisten en een groot gezichtsveld hebben

 

De adviezen voor automobilisten met betrekking tot de zichtbaarheid geldt grotendeels voor motorrijders en bromfietsers. Het onderhoud van de lichten is echter nog belangrijker. Je hebt immers, vergeleken met een auto, maar half zoveel lichten. Een controle is daarom essentieel voor elk rit. Vooral omdat motorrijders en bromfietsers ook overdag met licht moeten rijden!

 

Aarzel ook niet om fluorescerende en reflecterende elementen aan te doen. Let ook op de dode hoek van andere voertuigen. Zoek tot slot altijd oogcontact met andere chauffeurs om er zeker van te zijn dat je gezien wordt.

 

Als je een windscherm hebt dat je beschermt tegen de wind, moet het ook helder en proper zijn, maar het vizier van de helm is nog belangrijker. Als het vuil, bedampt of vol krassen is, kan je de omgeving nog maar moeilijk waarnemen. Volg de onderhoudsinstructies van de fabrikant, afhankelijk van het type vizier dat je hebt. En aarzel niet om het vizier te vervangen indien dat niet meer in goede staat is!

 

Defensief rijden

 

’s Winters met de moto rijden als de weg besneeuwd of bevroren is, is geen goed idee. Zelfs op andere winterdagen, wanneer de weg gewoon koud of nat is, vermindert de grip, dus houd hier rekening mee als je remt of bij het nemen van een bocht. Nog defensiever rijden is dus de boodschap om ongelukken te voorkomen: anticiperen op gevaarlijke situaties, ver vooruitkijken en altijd een uitweg zoeken, je niet fixeren op de hindernis op de weg.

FIETSERS

Goed uitgerust zijn

 

Op de fiets verhoogt de snelheid het effect van de kou. Daarom moet je in de winter warme kleding dragen die geschikt is om te fietsen. Maar ook niet te warm. Want de inspanning die je levert tijdens het trappen produceert warmte die moet worden geëvacueerd. Kies dus voor ademende kleding. Je ledematen zijn bijzonder gevoelig voor de kou. Bescherm dus zeker je voeten, handen en schedel en bedek je nek. Ideaal is een geschikte kap onder de helm.

 

Hoewel niet verplicht, wordt het dragen van een helm toch sterk aangeraden, omdat hoofdletsels vaak de ernstigste letsels zijn voor een fietser. Als je helm ook fluorescerend is en uitgerust met retro-reflecterende elementen of zelfs lichten, vervult hij alle beschermende functies in één.

 

Een aandachtspunt bij elektrische fietsen is de verminderde autonomie van de accu als de temperatuur daalt.

 

Ver zien en gezien worden

 

Zichtbaarheid, waar we steeds op terugkomen, is essentieel. Overdag ben je met licht gekleurde of fluorescerende kleding veel beter zichtbaar. 's Nachts moeten retro-reflecterende producten je doen opvallen, maar ze vervangen in geen geval de door de wet vereiste verlichting. Want 's nachts, of wanneer het zicht minder dan 200 meter is, MOET je witte lichten aan de voorkant en rode lichten aan de achterkant dragen. Dit kan knipperend of vast zijn, en zowel op de fiets als op de fietser worden geplaatst.

 

Ook sommige retro-reflectoren zijn verplicht. Neem contact op met je dealer om te zien of dat aspect van je fiets in orde is.

 

Rijden op glad wegdek

 

Om de grip op de weg te vergroten kan je best de aanbevolen bandenspanning iets verlagen. Voor het rijden in besneeuwd of nat weer kan je kiezen voor iets bredere banden of spijkerbanden. Wees vooral voorzichtig op verharde sneeuw- en ijsplekken.

 

Je moet ook je rijstijl aanpassen. Vertraag en rij voorzichtig om niet te vallen en te kunnen anticiperen op een obstakel. Als je geconfronteerd wordt met een zeer gladde helling, stap dan beter af en duw je fiets.

VOETGANGERS

Ook voor een voetganger is het essentieel om gezien te worden. Als je op je tocht in de buurt van ander verkeer moet lopen, bijvoorbeeld op de stoep van een landweggetje, overweeg dan het dragen van lichtgekleurde kleding, of beter nog, een veiligheidsvest dat je zowel overdag als 's nachts zichtbaar maakt. ‘s Nachts zal een in het zwart geklede voetganger op slechts 20m afstand zichtbaar zijn in de koplampen van een auto, op 50m afstand als hij lichtgekleurde kleding draagt en op minstens 200m afstand met retro-reflecterende elementen.

 

Zelfs als je een zebrapad oversteekt vanaf een stoep, denk er dan aan om extra voorzichtig te zijn, want in de winter is de remweg van een voertuig vaak langer en ziet de bestuurder je misschien niet op tijd vanwege de winterse omstandigheden.

 

 

 

Commissaris Olivier QUISQUATER
Federale wegpolitie
Uitgever en politie-expert voor de Uitzending “Contacts”
VZW SECUNEWS